De aftrekaanval tactiek bij schaken

Laatst aangepast op .

De aftrekaanval is een tactiek met een vergelijkbaar idee als de dubbele aanval. Je gaat twee schaakstukken van je tegenstander tegelijk aanvallen. Bij de aftrekaanval gebruiken we echter twee stukken om dit voor elkaar te krijgen.

Hoe werkt de aftrekaanval?

Bij een aftrekaanval heb je twee van jouw stukken op dezelfde lijn, rij of diagonaal, en verderop een van jouw tegenstander. Jouw achterste stuk valt het stuk aan van de tegenstander, maar is nog geblokkeerd door je andere stuk. Door dit stuk weg te halen, en daarmee ook een ander stuk aan te vallen, val je nu twee stukken aan. Je tegenstander kan niet beide stukken redden, dus win je er een. Bij deze tactiek hebben we een aantal definities die ik hier even zal uitleggen. We noemen de twee stukken die de aftrekaanval opzetten een batterij. Hierbij is het stuk dat je weghaalt om iets aan te vallen het kopstuk, en het stuk dat blijft staan het staartstuk.

Voorbeelden van de aftrekaanval.

aftrekaanval(1) De aftrekaanval

Het wordt allemaal heel snel duidelijk met een voorbeeld. Kijk maar naar diagram (1). De aftrekaanval vindt plaats op de d-lijn. De toren (het staartstuk) zou de dame aanvallen, maar wordt nog geblokkeerd door de loper (het kopstuk). Wit speelt zijn loper dus weg, en doet dat met een dwingende zet. De loper geeft schaak op h7. Nu staan de koning en de dame tegelijk aangevallen. Zwart moet het schaak opheffen en slaat de loper op h7. Vervolgens pakt de witte toren de zwarte dame. Wit heeft de dame (en ook nog een pion) voor een loper gewonnen, een lucratieve ruil! We noemen deze vorm waarbij je schaak geeft een aftrekschaak.

aftrekaanval(2) Aftrekaanval met schaak

In diagram (2) zien we nog een voorbeeld. Nu is de loper het staartstuk, en het paard het kopstuk. Wederom is zwarts dame de klos nadat wit schaak geeft op f6 met het paard, en daarna de dame pakt met de loper. Let wel op dat de pion op e6 belangrijk is. Als deze pion er niet had gestaan, had de dame het paard kunnen pakken op f6. Dat is uiteraard niet de bedoeling, want dan verliest wit gewoon een stuk (het paard). In dat geval kan zwart twee problemen in 1 zet oplossen. Wit moet dus goed opletten dat de tactiek wel goed werkt, anders kan je zo een stuk verliezen.

aftrekaanval(3) Een lastige aftrekaanval

Het derde voorbeeld is pittiger. Het is duidelijk dat de toren het staartstuk is, en de loper het kopstuk. Maar nu zit er een addertje onder het gras. Je kan met de loper schaak geven op f3 en op e6, en maar een van deze twee opties is goed. Als je schaak geeft op e6, dan gaat de koning naar h4. De zwarte toren staat nu nog verdedigd door de koning. Wit kan nu geen materiaal winnen, hij kan hoogstens de toren ruilen, maar met alleen een loper kun je niet mat zetten. Laten we dus naar de andere optie kijken, schaak geven op f3. Als de koning nu naar h4 zou gaan, kan de witte toren wel de zwarte toren op h5 slaan, want de toren staat nu verdedigd door de loper op f3. En als de koning niet naar h4 gaat, maar de loper op f3 pakt, laat hij de verdediging van zijn toren vallen. Wit pakt dan weer met zijn toren op h5. Hij wint dus de toren voor een loper, en kan vervolgens met zijn toren en koning mat gaan zetten. Hopelijk is na deze voorbeelden duidelijk waar je op moet letten. Je zal gemerkt hebben dat lopers en torens vaak goed werken als staartstuk. Dat is ook logisch omdat ze bewegen over lijnen en diagonalen. Als kopstuk heb je vaak een paard of loper, maar soms ook een pion, toren, of zelfs een koning of dame.

Oefeningen met de aftrekaanval

Hieronder staan een aantal oefeningen met als thema de aftrekaanval. Probeer ze op te lossen en check dan onderaan de pagina of je ze goed had.

aftrekaanvalaftrekaanval
Oefening 1 en 2. Wit aan zet.

aftrekaanvalaftrekaanval
Oefening 3 en 4. Wit aan zet.

Oplossingen

  1. Oefening 1: 1.Pg4 wint de dame voor een paard. 1.Pxf5 is minder goed vanwege Dxf5. Dan win je wel een kwaliteit maar niet de dame.
  2. Oefening 2: 1.d5 de pion valt de loper aan en de loper op b2 valt de toren op h8 aan.
  3. Oefening 3: 1.Dg8+ Wit geeft schaak met de dame en vervolgens pakt de loper op g2 de zwarte dame.
  4. Oefening 4: 1.Kf3. De koning is het kopstuk en valt het paard aan. De toren valt de loper aan en deze kan het paard niet blijven verdedigen. Als de loper weg gaat pakt de koning het paard.