Fisher speelt met een sterk paard.

Laatst aangepast op .

Ook Fischer heeft een fraai voorbeeld waarin hij snel een goed paard slechte loper situatie bereikt. Daarna blunderde zijn tegenstander snel, maar het was wel nadat Fischer een zet met een schitterend achterliggend idee speelde, en daarom is dit toch een mooi voorbeeld. Dit is voorlopig het laatste voorbeeld, dus we lopen er snel doorheen. Zo ging de partij:

1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 a6 6. Lc4 e6 7. Lb3 b5 8. O-O Lb7 9. f4 Pc6 10. Pxc6 Lxc6 11. f5 e5 12. Dd3 Le7 13. Lg5 Db6+ 14. Kh1 O-O

partij van Fischer(1) Beide spelers zijn ontwikkeld.

Beide spelers zijn ontwikkeld en er lijkt nog niet veel aan de hand. Fischer wist echter wel beter en wikkelde geforceerd af naar een gunstige situatie waarin hij zijn goede paard over houdt tegen de slechte loper van zwart. Het was de Duitse meester Georg Kieninger die zei:

Exchanging is the soul of chess

-Georg Kieninger

15. Lxf6 Lxf6 16. Ld5 Tac8 17. Lxc6 Txc6 18. Tad1 Tfc8 19. Pd5 Dd8 20. c3 Le7

partij van Fischer(2) Hoe ging Fischer verder?

Fischer heeft na twintig zetten al een droomstelling. Hij heeft een sterk paard tegen de slechte loper. De a6-b5 keten kan een doelwit zijn, en het tegenspel van zwart op de c-lijn is minimaal, omdat de pion op c3 staat. Bovendien heeft hij wat meer ruimte op de koningsvleugel door de pion op f5.

De vraag is nu, hoe ging Fischer verder? Het is niet een zet waar je direct aan denkt. Ik heb in het paragraafje hierboven gezegd wat de kenmerken van de stelling zijn. Nu ligt het bijvoorbeeld voor de hand om op de koningsvleugel te proberen aan te vallen, vanwege de f5-pion en dus de extra ruimte daar. Fischer had echter een ander goed plan. Kan jij de zet vinden die bij zijn plan hoort?

Fischers strategische aanpak

Fischer speelde hier Ta1! Als je dit niet hebt gezien, zeg je nu vast: "ahja". Het doel is nu wel duidelijk. Fischer gaat de a6-b5 keten aanvallen met a4. Misschien kan hij een pion winnen, omdat zijn stukken ideaal staan om a6 en b5 aan te vallen. Wit vind het ook niet erg als de zware stukken van het bord gaan. Dan wordt het verschil tussen het goede paard en de slechte loper alleen maar groter. Nu blunderde de tegenstander van Fischer snel, dus de partij was snel afgelopen. Toch vind ik het een mooi voorbeeld. Wit bereikt de goed paard slechte loper situatie erg snel, en vindt dan ook een mooi vervolg. Dit waren de laatste zetten:

21. Ta1 f6 22. a4 Tb8 23. Pxe7+ 1-0 Omdat Dd5+ volgt met een vork en materiaalwinst.

Als je alle schaaklessen over de strategie met een goed paard tegen een slechte loper heb gevolgd weet je nu alles wat je moet weten over deze strategie. Hopelijk kan je in een van je volgende partijen deze strategie ook toepassen!

Terug naar het strategie overzicht.